Prenataal onderzoek

Prenataal onderzoek betekent dat de nog ongeboren vrucht wordt onderzocht op, onder meer, een primaire groeistoornis. Hoe gebeurt zulk onderzoek en wat kunt u met de kennis die het u oplevert?

Samenvatting

zwangerebuik2.jpgU kunt uw ongeboren kind laten onderzoeken op een aantal aangeboren en erfelijke aandoeningen. Ook de primaire groeistoornissen vallen hieronder. Als u zelf, uw partner of een eerder kind een primaire groeistoornis heeft, komt u in aanmerking voor prenatale diagnostiek. Mensen die hier niet voor in aanmerking komen, kunnen kiezen voor prenatale screening. Hierbij wordt nagegaan of het ongeboren kind een verhoogde kans heeft op het Down syndroom of een lichamelijke afwijking. Lees verder.

Met behulp van de vlokkentest en de vruchtwaterpunctie kunnen afwijkingen in de chromosomen of de genen worden opgespoord. Deze onderzoeken kunnen ook duidelijk maken of er een stofwisselingsstoornis is: stofwisselingsstoornissen kunnen een rol spelen bij secundaire groeistoornissen. Het uitgebreide echoscopisch onderzoek is geschikt om aangeboren lichamelijke afwijkingen vast te stellen. Lees verder.

Prenataal onderzoek heeft zowel voor- als nadelen. Aan de ene kant geeft het u informatie waarmee u zich beter kunt voorbereiden op de toekomst. Aan de andere kant kan prenataal onderzoek veel stress opleveren. Het is daarom raadzaam eerst met uw hulpverleners en de mensen om u heen te bespreken wat u nu precies van het onderzoek verwacht en hoopt. Aan de hand van deze gesprekken kunt u besluiten of u het prenatale onderzoek wel of niet wilt laten uitvoeren. Lees verder.